Secretariaat
Otto van Reesweg 45
Telefoon: 
06-33788007



E-mail: info@speciaalclub.nl

www.speciaalclub.nl

Speciaalclub Exoten en Parkieten

Aangesloten bij de Algemene Nederlandse Bond van Vogelhouders

De Australische platstaartparkieten zijn in de loop van de jaren meer en meer in de belangstelling gekomen. Zij vormen aangename studieobjecten voor wetenschappelijke onderzoeken, zijn in grote getale te zien in elke dierentuin en vogelparken worden in flinke aantallen gehouden en gekweekt door vogelliefhebbers.
Terwijl over het houden en verzorgen van de platstaartparkieten talrijke boeken en nog meer artikelen zijn geschreven is er over hun leven in de vrije natuur minder bekend. Tijdens een eenjarige studiereis was het dr. Klaus Immelmann mogelijk het merendeel van de Australische Parkieten in de vrije wildbaan waar te nemen. Van zijn bevindingen, neergelegd in het boek "Die australischen Plattischweifsittiche" is voor het maken van dit dele van onze website dankbaar gebruik gemaakt, waarnodig aangevuld met de meest recente inzichten.
De platstaartparkieten zijn met 13 geslachten verspreid over Australië, Nieuw Zeeland en de omringende eilanden. Hiervan zijn 11 geslachten beperkt tot Australië en Tasmanie, terwijl er slechts 2, de Kakariki's en de Kuifparkiet, op Nieuw Zeeland en de omringende eilanden voorkomen.

Er kan worden aangenomen dat de platstaartparkieten oorspronkelijk woudbewoners waren. Nu nog leven de meest oorspronkelijke soorten (Lathamus, Purpureicephalus) in dichte wouden.

Ten gevolge van de toenemende uitdroging van het Australisch vasteland moeten ook de parkieten zich aan een droger milieu aanpassen. Doordat dit proces nog steeds voortduurt krimpt het verspreidingsgebied van de vele soorten woud bewoners meer en meer in. Het grootste deel van de platstaartparkieten bewoont tegenwoordig open en droge wouden, savannen en wijde grassteppen. Enkele soorten zijn zelfs doorgedrongen tot de droogste gebieden van Australië, de Mulga-struiksteppen en de half-woestijnen, die met stekelgras zijn begroeid.

De meeste parkieten broeden in vrijheid blijkbaar slechts eenmaal per jaar.
De soorten uit centraal Australië hebben, als de omstandigheden gunstig zijn, meerdere broedronden per jaar.
Voordat de vogels in Centraal-Australie gaan broeden moet er aan twee voorwaarden zijn voldaan: het moet warm zijn en het moet geregend hebben zodat er genoeg halfrijpe zaden ter beschikking staan.
In het zuiden ligt de broedtijd in de lente en de voorzomer, dat wil zeggen in de maanden augustus tot december. De temperatuur in die streken komt in deze periode overeen met de middeneuropese zomertemperatuur.
Het land is dan groen ten gevolge van de overvloedige winterregens en overal staan dan in voldoende mate zaden ter beschikking. Zodra de temperatuur stijgt tot boven de 30 graden en de neerslag wegblijft, sterft in november-december de plantengroei snel af en loopt het broedseizoen ten einde.
 
We volgen  op de website de wetenschappelijke indeling zoals die door H. v.d. Linden in zijn alfabetische lijst van de Psittaciformis is genoemd.

De vogels, die behoren tot het geslacht polytelis (=prachtparkieten) vormen een overgangsvorm tussen de Wassnavelpapagaaien (loriini) en de Platstaartparkieten. Mede daarom zijn ze hier toegevoegd.

Voor de soorten van het genus Platycercus (De Rosella's) en van het genus Neophema verwijs ik u naar de desbetreffende gedeelten van onze website.

De grasparkiet is evenmin opgenomen. Ook deze in grote mate gestandaardiseerde tentoonstellingsvogel, heeft zijn eigen plek.
Over de Valkparkiet verschijnt eind van dit jaar een heel uitgebreid artikel.

Introductie Australische Plaatstaartparkieten

 

Terug naar onze homepage

Introductiepagina  | Roodrugparkiet | Veelkleurenparkiet | Paradijsparkiet | Goudschouderparkiet | Blue Bonnet Parkiet | Barnard Parkiet | De Port Lincoln | Barraband Parkiet | Bergparkiet | Princess of Walesparkiet