DRIEKLEURIGE PAPEGAAI AMANDINE - Erythrura trichrora

Kleurvarieteiten

Voorhoofd en wangen blauw; buikveren bruin-groen; rompveren dof rood-bruin; staart rood-bruin. De rest van het lichaam groen.

Eerst als deze vogels op volle kleur zijn is het popje van het mannetje te onderscheiden. Het popje heeft minder blauw aan de kop, terwijl die kleur daar ook minder diep is dan bij de man. Ook laat de man een eigenaardige, scherpe roep horen, waarbij staart en vleugels meetrillen. Op een zonnig plekje in de voliere komen de mooie kleuren eerst goed tot hun recht. Het zijn vogels, die zich het liefst in het dichtst begroeide gedeelte van de voliere ophouden en zich alleen in hun volle pracht vertonen als alles rustig is.

In een korfje of kistje bouwen ze in een paar dagen een kunstig nest. De 4 eitjes worden 2 weken bebroed. Meestal brengen ze hun jongen goed groot.

10 dagen na het uitvliegen zijn ze zelfstandig.

Lengte 13 cm; Land van herkomst: Nieuw-Guinea.

  

  

 

Terug naar de homepage

Tropische vogels | Afrikaanse prachtvinken | Australische prachtvinken | Zebravinken | Japanse meeuwen | Wevers en wida's
| Insecteneters | Vruchteneters | Gorzen | Duiven en kwartels

Otto van Reesweg 45
4105 AB Culemborg

Telefoon: 0345-518326

E-mail: info@speciaalclub.nl